Opmerkelijk Nr. 23

Een benadeelde heeft op grond van artikel 6 WAM een eigen recht om schadevergoeding te vorderen bij een WAM-verzekeraar. Volgens de WAM moet de verzekeraar de schade zelfstandig en actief met de benadeelde regelen. Betekent dit dat de verzekeraar niet met de verzekeringnemer hoeft te overleggen over de afwikkeling van een schade?

Bron: De Vereende, Auteur Sandra Groen, Senior specialist schade (doorgestuurd door Monique Gerrits-Arts)

Kaylee Jurjens liet weten dat ze van Avéro Achmea bericht heeft ontvangen dat de polisvoorwaarden van zakelijke schadeverzekeringen zijn/worden aangepast. In de zakelijke autoverzekeringen zijn twee opvallende nieuwe uitsluitingen/aanpassingen van bestaande uitsluitingen opgenomen. Kaylee vraagt zich af of dit een nieuwe algemene ontwikkeling is of wordt? De uitsluiting ‘De bestuurder verlaat de plaats van het ongeval’ is nieuw en uitsluiting ‘De alcoholbepaling’ is een oude bekende.

Wij voegden een nieuwe oorzaak toe:

Wel verzekerd als een verzekerde bewijst dat hij dit niet wist of er niets aan kon doen.

• Of: hij kan daardoor het motorrijtuig niet goed besturen.
• Of: hij mag daardoor van de wet of overheid niet rijden.
• Of: hij weigert een adem-, urine-, speeksel- of bloedtest.

Mr. Sanne Rutten (Senior secretaris bij Kifid) heeft voor het blad Aansprakelijkheid, Verzekering & Schade van Kluwer, samen met een aantal collega’s een zeer uitgebreid artikel geschreven over de normale voorzichtigheidsclausule (of zorgvuldigheidbepaling) in de reis-, kostbaarheden- en inboedelverzekeringen. Dit artikel hebben we van haar ontvangen en is geplaatst in de bibliotheek op de website van de Expertisegroep Schadebehandeling.

Op 1 april 2025 deed Kifid een uitspraak in een zaak, waarin de verzekeraar de schade weigerde te vergoeden omdat de verzekerde de vereiste normale voorzichtigheid niet in acht had genomen, zoals bepaald in de normale voorzichtigheidsclausule in Kostbaarheden Buitenhuisdekking. Kifid oordeelde dat het standpunt van de verzekeraar juist was. Bijzonder in deze zaak was ook de vraagstelling, of de polisvoorwaarden wel aan de verzekerde ter hand gesteld waren, omdat de voorwaarden ‘langs elektronische weg in een online omgeving ter beschikking gesteld waren’. De vraag was: Kon verzekerde wel weten dat de normale voorzichtigheidsclausule in de voorwaarden stond? Kifid verwees hiervoor naar een eerdere uitspraak en oordeelde, dat de verzekeraar in het aanvraag proces juist gehandeld had door aan verzekerde instemming te vragen om de polisvoorwaarden online in te kunnen zien.